In Iran is het rustig | Column wijkvrijwilliger Trudeke Sillevis Smitt

Column, 16 oktober 2017
Leestijd, 3 min.
Trudeke Sillevis Smitt vertelt in een serie columns over haar ervaringen als wijkvrijwilliger bij VluchtelingenWerk Amsterdam. Wat houdt het werk precies in? Wat zijn de leuke kanten? En wat leert ze er zelf van? Dit keer verdiept Trudeke zich in het herkomstland van Giti: Iran.
placeholder

“Iran? Daar is het nu toch rustig?” Die vraag kreeg ik toen ik in een gezelschap vertelde dat ik vrijwilliger was geworden van Giti, een Iraanse. Je hoeft niet veel fantasie te hebben om de onderliggende vraag te raden. “Is zij wel een echte vluchteling?”

Ik antwoordde dat het niet altijd gaat over oorlog of aanslagen. Dat er regeringen zijn die hun eigen onderdanen onderdrukken, en dat er in Iran in dat opzicht bij mijn weten weinig is veranderd.

Thuis kijk ik snel even na of dat laatste klopt, en dat blijkt gelukkig het geval – al is ‘gelukkig’ in dit verband een ongelukkig woord. Ik besef dat het hoog tijd wordt me eens wat meer te verdiepen in het land waar Giti vandaan komt. Om lastige vragen te beantwoorden, maar ook gewoon omdat het interessant is.

Kiezen

Om te beginnen graaf ik maar eens in mijn geheugen. Wat heb ik zoal gelezen of gezien? De geweldige film A Seperation, waarin een Iraans echtpaar moet kiezen tussen blijven in Iran om voor een oude vader te zorgen, of vertrekken om hun kind een betere toekomst te geven.

Het omstreden boek en de film Not Without My Daughter – over een Amerikaanse vrouw, die met haar Iraanse man en hun dochter op vakantie gaat naar Iran. Daar ontpopt de ideale echtgenoot zich plots tot een gewelddadige tiran, die vrouw en kind wil dwingen in zijn land te blijven. Die film bepaalde – samen met de gijzeling op de Amerikaanse ambassade – jarenlang het beeld van Iran in de VS. En verpestte het liefdesleven van een hele generatie Amerikaans-Iraanse jongens, las ik in een publicatie die verscheen toen de film 25 jaar oud was.

Dan natuurlijk de gevierde schrijver Kader Abdolah, die Nederlands leerde door Jip en Janneke te lezen, en de verrukkelijke documentaire serie Onze man in Teheran, waarin  correspondent Thomas Erdbrink het Iraanse leven van alledag laat zien.

Heeft Giti van Onze man in Teheran gehoord? Nee, het zegt haar niks. Maar misschien heeft ze mijn vraag niet goed begrepen. Deze tweede ontmoeting is zonder zoon Arash, die de vorige keer voor ons vertaalde. Nu gaat het langzamer, maar het gesprek wordt wel snel persoonlijker. Handen en voeten heb je tegenwoordig niet meer nodig – Google Translate helpt ons door de lastige momenten heen.

Geheim

Giti vertelt een beetje over haar achtergrond. Ze is protestant, en daarom ‘hield de regering niet van haar’. Niet dat ze erdoor in de problemen was gekomen – haar geloof was haar geheim.

Ze was onderwijzeres. Natuurlijk droeg ze op school de verplichte hoofddoek, lange broek, en een lange blouse met lange mouwen. Alleen: voor een goede beoordeling was dat niet genoeg. Hoe meer je jezelf bedekte, hoe meer punten je kreeg.

Dat is tot nu toe alles wat ik weet. Of ik er kritische vragenstellers de mond mee zal kunnen snoeren, weet ik niet. In Iran is het rustig, als je je lichaam, je geloof, je geaardheid, je politieke overtuiging en nog zo wat details van je persoonlijkheid verbergt.

Trudeke Sillevis Smitt

Om privacy-redenen zijn de namen van Giti en Arash gefingeerd.

Ook vrijwilliger worden?