Wat een lol | Column taalcoach Irene Wing Easton
'Het is zeker wel zwáár hè?, dat taalcoachen', vraagt een vriendin me. 'Al dat sombere'. Ze zucht. 'Ik moet er niet aan denken.' En ik? Ik denk terug aan zomaar een coach-sessie.
Zoeken naar woorden
Alzina en ik zitten naast elkaar op de bank. Haar dochter Tabia van 18 zit tegenover ons.
Ik stel vragen waarop zij om de beurt snel en in een hele zin moeten antwoorden. Daarbij is het dan ook nog eens verboden om in het Arabisch te overleggen! Dat valt nog niet mee. Wanneer Tabia naar woorden zoekt en haar moeder wanhopig aankijkt, begint Alzina prompt te souffleren. 'Néé, jij mag straks', roep ik, en wapper met mijn arm voor haar mond. Beide vrouwen gieren het uit.
Roze chrysanten
Even later vraag ik aan Alzina wat haar lievelingskleur is. 'En in een héle zin antwoorden hè?' Alzina kijkt om zich heen naar een boeket chrysanten die ze die ochtend van haar lieve buren kreeg. 'Eh ro…ro…, roze'. 'Hele zin!', roept Tabia nu ook. Alzina gaat rechtop zitten: 'Mijn lievelingskleur is roze.' 'Goed zo!,' juich ik.
Rare taal
Alzina wijst naar de bloemen. 'Is dat bloemenstuk?' 'Nee, dat is een vaas met bloemen.' Ik pak pen en papier en teken een bloemstuk. 'Het is trouwens bloem-stuk.' 'Waarom?', klinkt het uit twee monden tegelijk. Ze gebaren hoe je meerdere bloemen in een stuk zet. Ja waarom? Ik begrijp hun verbazing. 'Omdat Nederlands een rare taal is', antwoord ik en trek er een gezicht bij. We moeten alle drie lachen.
In een deuk
Dan vraag ik aan Tabia wat ze in het weekeinde heeft gedaan. Moeder en dochter kijken elkaar aan en beginnen in het Arabisch te overleggen. Ik heb er geen flauw idee van wat ze zeggen. Ineens voel ik me hoe zij zich vaak moeten voelen. 'Zeg, kunnen jullie wat lángzamer praten, ik kan nog niet zo goed Arabisch verstaan.' Weer liggen we met zijn drieën in een deuk.
De vriendin die zojuist nog opmerkte dat taalcoachen vast een sombere aangelegenheid is, geeft me nu een por. 'Zeg, wat zit jij met een grote grijns op je gezicht?'