Standpunt | Opvang afgewezen asielzoekers

VluchtelingenWerk vindt dat mensen die het land moeten verlaten, na afloop van de vertrektermijn, bij voorkeur niet uit de opvang van het azc zouden moeten worden gezet. Er is rust, individuele begeleiding en maatwerk nodig voor de verwerking van een negatieve beslissing en het richten van de blik op de toekomst.
placeholder

Asielzoekers van wie het het verzoek om bescherming is afgewezen, moeten binnen 28 dagen het land verlaten. Daarna eindigt ook de opvang in een asielzoekerscentrum (azc). Mensen bij wie vertrek binnen 12 weken voorzienbaar is en hieraan meewerken krijgen sobere opvang in de vrijheidsbeperkende locatie (VBL) in Ter Apel. Gezinnen met kinderen krijgen opvang in een gezinslocatie.

Tussen 2018 en 2024 konden afgewezen asielzoekers, onder de voorwaarde dat zij zich constructief opstellen en voldoen aan de voorwaarden, terecht in één van de vijf landelijke vreemdelingenvoorzieningen (LVV’s). Per januari 2025 stopte het kabinet met de financiering voor de LVV’s. Hiertegen lopen momenteel gerechtelijke procedures.

Wat vindt VluchtelingenWerk?

VluchtelingenWerk vindt dat mensen na afloop van de vertrektermijn bij voorkeur niet uit de opvang van het azc zouden moeten worden gezet. Werken aan terugkeer kan vanuit de locatie waar de asielprocedure is doorlopen. Dit geldt in ieder geval voor kwetsbare asielzoekers. Het verplaatsen van mensen naar sobere vertreklocaties kan zorgen voor grotere (medische en mentale) problemen en is niet effectief voor het werken aan terugkeer of een andere duurzame oplossing.

Langere vertrektermijn

De huidige vertrektermijn van 28 dagen na een afwijzende beschikking is te kort. Er is rust, individuele begeleiding en maatwerk nodig voor de verwerking van een negatieve beslissing en het richten van de blik op de toekomst.

VluchtelingenWerk vindt dat: 

  • kwetsbare afgewezen asielzoekers een persoonlijk toekomstoriëntatie- en terugkeer traject moeten kunnen doorlopen vanuit een regulier azc. 
  • er een landelijk dekkend netwerk van LVV-locaties met goede 24-uurs opvang en activering moet komen. Voor mensen in deze locaties wordt een individueel plan van aanpak gemaakt, gericht op het vinden van een duurzame oplossing: terugkeer naar het land van herkomst, rechtmatig verblijf in Nederland of doormigratie naar een ander land. NGOs en nationale en lokale partijen werken constructief samen om zaken op te lossen. 
  • er geen onrealistische termijnen moeten worden gehanteerd. 
  • iedereen die in Nederland is, recht heeft op basale rechten als bed, bad en brood. Dit is een humane ondergrens. Bovendien kunnen mensen hun blik niet op de toekomst richten vanaf de straat, als ze alleen maar bezig zijn met overleven. Het aanbieden van basisvoorzieningen voorkomt dakloosheid en draagt bij aan veiligheid in steden.